Noordwest-Holland
u
23 januari 2019

WAB Niet ideaal

‘De WAB is een verbetering, maar nog niet ideaal’

“De wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB), zoals die nu wordt voorgesteld, is voor een deel een verbetering ten opzichte van de huidige wet Werk & Zekerheid, maar zeker nog niet ideaal”, zegt Kees Mosch (61). De manager HR, Legal & General Affairs is werkzaam voor het internationaal opererende familiebedrijf Bejo dat gespecialiseerd is in de ontwikkeling van groenterassen voor de vollegronds groenteteelt. Bejo is sterk afhankelijk van seizoensarbeid.

Door Tristan van Oorschot

Met name de langere proeftijd bij een vast contract en transitievergoedingen vanaf dag één van het arbeidscontract – twee nieuwe regels in het wetsvoorstel WAB – ziet Mosch niet zitten: “Het laatste wordt steeds meer een administratieve rompslomp en de langere proeftijd houdt een risico voor de werkgever in. Zeker bij een krapper wordende arbeidsmarkt zullen meer mensen tijdens hun proeftijd naar een andere werkgever kunnen overstappen.“ Een andere nieuwe regel pakt wel goed uit: de kortere onderbrekingsperiode na een serie van drie tijdelijke contracten. “Daar is goed mee te werken.”

Gecompliceerd
Aan de hand van minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken wil het kabinet meer vaste contracten genereren op de arbeidsmarkt. Dit denkt de regering vooral te bereiken door ruimere proeftijd mogelijk te maken, WW-premies te verhogen en  transitievergoedingen direct bij het ingaan van het dienstverband op te laten bouwen. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van een gecompliceerde wetswijziging die ondernemers onnodig in de problemen kunnen brengen. VNO-NCW en ondernemers uit verschillende branches scharen zich daarom achter de campagne ‘Zo werkt het niet!’ tegen het huidige wetsvoorstel.

Bejo
De WAB zal zeker gevolgen krijgen bij Bejo, dat met circa 130 flexwerkers per jaar werkt. Het bedrijf is in 1978 tot stand gekomen uit een fusie van twee familiebedrijven. De familie Jong en de familie Beemsterboer besloten hun expertise bij elkaar te brengen. Met nieuwe veredelingstechnieken ontwikkelen zij groenterassen met eigenschappen die de markt vraagt. Een voorbeeld is een nieuw koolras dat resistent is tegen een bepaalde schimmelziekte of groenterassen die langer houdbaar blijven. Zo groeide Bejo uit tot een van de grotere zaadveredelaars van de wereld. Het bedrijf is in 30 landen gevestigd en heeft behalve de flexwerkers bijna 2000 vaste werknemers in dienst.

Zaai- en oogstseizoen
Bejo werkt met flexwerkers omdat er in het zaai- en oogstseizoen van maart tot november veel extra werk is. De nieuwe ketenregeling maakt het mogelijk per werknemer drie tijdelijke contracten in een periode van maximaal drie jaar aan te gaan. Hierna volgt een onderbrekingsperiode. Als de werknemer echter in deze periode voor dezelfde  werkgever weer gaat werken, ontstaat er direct een vast dienstverband.
In 2015 is in de wet Werk en Zekerheid de onderbrekingsperiode voor een flexwerker van drie naar zes maanden verlengd. Deze kan in de WAB worden verkort naar drie maanden als er sprake is van seizoensarbeid en als de werkgever negen maanden per jaar tijdelijk werk kan aanbieden. Bejo voldoet aan die voorwaarden. “Wij kunnen met deze wetswijzigingen prima uit de voeten”, aldus Mosch.

Transitievergoeding
De transitievergoeding vanaf werkdag één kan Mosch echter moeilijk begrijpen. “Een transitievergoeding vind ik begrijpelijk, maar dat deze vanaf dag één wordt opgebouwd is vreemd. Vaak snappen werknemers het zelf niet eens als zij na een contractbeëindiging, en dan met name na langdurige arbeidsongeschiktheid of als zij direct al ander werk hebben, nog een bedrag meekrijgen. Zij zien het echt als een cadeautje. Het heeft nagenoeg niets van doen met het doel van de transitievergoeding om de overstap naar ander werk soepeler te maken. De werkgever wordt onnodig op kosten gejaagd.”
Mosch wijst op flexwerkers die heel goed in hun vak zijn en het zelf fijn vinden om als flexwerker een tweede inkomen voor het gezin te verdienen. “Zij vragen zich ook af waarom er regels komen die hun inzet zou kunnen bemoeilijken.”

Vast contract
Ook over de mogelijkheid om de proeftijd van twee naar vijf maanden te verlengen bij een vast contract heeft hij zo zijn twijfels. Over de lengte van de proeftijd moeten werkgever en nieuwe werknemer een afspraak maken. Mosch licht zijn bezwaar toe: “In de eerste maanden van een dienstverband zijn we een werknemer aan het opleiden of aan het inwerken. Dit is een behoorlijke investering. Door de verlenging wordt het risico voor de werkgever hoog, aangezien een werknemer nog in de vijfde maand zomaar zou kunnen stoppen. Ik zal zo’n beding van vijf maanden niet snel in een arbeidscontract opnemen. Tel daarbij de administratieve rompslomp op en je begrijpt waarom ondernemers in actie komen.”
Bij Bejo zitten zeven mensen op de HR-afdeling en kunnen deze wijzigingen nog prima verwerken, maar Mosch kan goed begrijpen dat kleinere bedrijven door de bomen het bos niet meer zien.

Positief
Desalniettemin acht Mosch het onwaarschijnlijk dat Bejo door de WAB-activiteiten naar andere landen zal verplaatsen. Het is de arbeidsrust die hem in Nederland aanspreekt. Hij vindt dat Koolmees over het algemeen goed inspeelt op de arbeidsmarkt. De aanpassingen in het ontslagrecht als gevolg van de WAB vindt hij positief. De grond voor ontslag wordt ruimer. “Hierdoor zal de arbeidsmarkt soepeler gaan functioneren.”

Kijk voor de campagne op zowerkthetniet.nl

Bijgaande foto is een campagnefoto.

Gerelateerde artikelen

Noordwest-Holland 15 juli 2024

Bezoek aan Energy & Health Campus Petten